Hans Dijkstal, de oud-VVD-lijsttrekker die na de verkiezingsnederlaag in 2002 het veld moest ruimen, was 17 november te gast op Saxion Hogeschool Enschede. Hij sprak over integratie en het politieke klimaat in Nederland. De liberaal denkt fundamenteel anders over hoofddoekjes, dubbele nationaliteit en importhuwelijken dan de VVD. ‘Minister Verdonk discrimineert, Geert Wilders is een populist en Hirsi Ali neemt geen verantwoordelijkheid’: de wrok zit diep bij de oud-politicus, die anders dan voorganger Bolkestein bepaald niet geliefd is bij oud-collega’s. Het kabinet “polariseert” en is “een diep trieste aangelegenheid”, zo stelt hij.
Door Steven de Jong - Op uitnodiging van de studentenvereniging CEMENTi van Saxion Hogeschool Enschede gaf de oud-VVD-leider een gastcollege. Dijkstal zit net als prinses Máxima in de commissie PaVEM, die de emancipatie en participatie van allochtone vrouwen wil bevorderen en de regering daarin adviseert. Integratie van minderheden is voor hem geen onbekend terrein. Begin jaren tachtig trad hij al aan als woordvoerder minderheden en welzijn voor de VVD. Het was volgens hem een tijd van “tolerantie en wederzijds respect”. Met die intentie dook de liberaal als fractievoorzitter in 2002 de verkiezingscampagne in. Electoraal vertilde hij zich daar flink aan, Pim Fortuyn liep weg met de rechtsere liberalen. Net als oud-PvdA-fractievoorzitter Melkert moest Dijkstal verdwijnen van het politieke toneel. “Ik ben er uitgedonderd”, zegt hij nog met enige ergernis. Anders dan zijn voorganger Frits Bolkestein is Hans Dijkstal geen held voor oud-collega’s. Bij Verdonk (VVD-minister van Integratie en Vreemdelingenzaken) hoeft hij, net als oud-minister Pronk, niet meer op de koffie te komen. Met Van Aartsen (huidige VVD-fractievoorzitter) is het eveneens geen ‘oude jongens krentenbrood’ meer. Oud-partijgenoot Geert Wilders ziet het liefst dat hij vertrekt uit de commissie. Sinds zijn aftreden, haalt Dijkstal alles uit de kast om aan te tonen dat zijn oude partij haar grondbeginselen van ‘vrijheid’ en ‘democratie’ verloochent. In Enschede trok hij dan ook fel van leer.
Foto: www.hansdijkstal.nl
‘Problemen met de AIVD’ Het is kwart voor elf, de collegezaal op de hogeschool in Enschede is inmiddels vol gestroomd. Studenten zitten met pen in de aanslag om aantekeningen te maken, maar van Dijkstal is in velden noch wegen iets te bekennen. “Vertraagd door omstandigheden”, meldt een organiserende studente nadat het eerste kwartier verstreken is. Twintig minuten later wandelt Dijkstal de zaal binnen: “Sorry, maar ik had wat problemen met de AIVD.”
‘Integratie is een tweezijdig proces’ Dijkstal helpt eerst wat misverstanden uit de wereld om duidelijk te maken wat hij onder integratie verstaat. “Er zijn drie mogelijkheden om allochtonen een plaats te geven in de Nederlandse samenleving: integratie, assimilatie en segregatie. Integratie is een tweezijdig proces, waarin verondersteld wordt dat beide partijen zich aan elkaar aanpassen. Bij assimilatie wordt van de allochtonen geëist dat zij hun eigen identiteit en cultuur verwerpen en zich de heersende cultuur aanmeten. Segregatie houdt in dat bevolkingsgroepen zich gescheiden van elkaar ontwikkelen.”De oud-VVD-voorman ergert zich aan Geert Wilders (“Ik heb leiding aan hem gegeven toen hij nog verstandig was.”): “Wat Wilders verstaat onder integratie is gewoon assimilatie. Maar zeg dat dan ook!”
‘Wet- en regelgeving mogen bij integratie ter discussie staan’ De Nederlandse Grondwet is voor Dijkstal de basis die nieuwkomers dienen te respecteren, maar de wet- en regelgeving daaronder mag van hem ter discussie staan: “Neem bijvoorbeeld het ritueel slachten. Onze wetten voor de slagerij lieten dat niet toe, maar toch zijn deze in de loop van de tijd aangepast aan de behoefte van een bepaalde groep. Zo is het ook gegaan met de wet op de lijkbezorging. Nieuwkomers hebben dus invloed uit kunnen oefenen op de wet- en regelgeving. De vraag is hoe ruimhartig de Nederlander wil zijn. Voorheen wilde de democratische meerderheid die ruimte wel scheppen.”
Vrijheid van meningsuiting De discussie over vrijheid van meningsuiting gaat volgens Dijkstal de verkeerde kant op. ”Niet iedereen mag zeggen wat zomaar in hem of haar opkomt. Geen haatzaaien of diep beledigen bijvoorbeeld. Bij vrijheid hoort verantwoordelijkheid. Ayaan Hirsi Ali en Geert Wilders nemen daarin geen enkele verantwoordelijkheid. Toch vindt hij dat het artikel over godslastering wel uit het wetboek geschrapt mag worden. “Ernstige godslastering moet vallen onder smaad. Theo van Gogh heeft bijvoorbeeld over joden de meest vreselijke dingen gezegd, waardoor mensen zich diep beledigt voelden.”
‘Discussie hoofddoekjes is belachelijk’ Dijkstal heeft vrijheid, respect en verantwoordelijkheid hoog in het vaandel. Tolerantie, “we moeten elkaar de ruimte geven”, haalt hij keer op keer aan. De liberaal zegt veraf te staan van de politieke koers die de VVD nu vaart. Op essentiële punten, zoals ‘hoofddoekjes’, ‘dubbele nationaliteit’, en ‘huwen van buitenlandse partners’ denkt hij fundamenteel anders. "De discussie over hoofddoekjes is belachelijk. Tuurlijk zijn er beperkingen, maar die mogen alleen functioneel van aard zijn. Bijvoorbeeld als je gaat schoolzwemmen of als functionaris in de rechtszaal." Dijkstal is van mening dat als je naar Nederland komt, je een keuze in nationaliteit moet maken. “Maar met afstand doen van nationaliteit, kun je nog wel je eigen cultuur behouden. In sommige gevallen is kiezen tussen nationaliteiten niet mogelijk. We moeten met deze mensen een redelijke deal kunnen sluiten”, voegt hij eraan toe. Dijkstal windt zich er ook over op dat hij als goedverdienende Nederlander wél een meisje uit Thailand mag halen, maar een Marokkaan in de bijstand geen partner mag huwen uit zijn geboorteland.
‘Over tien jaar overal ghetto’s’ De Grondwet en fundamenten van de rechtstaat gebruikt Dijkstal in al zijn kritiek tegen het huidige regeringsbeleid. “In Den Haag zie ik steeds meer politici die het met Artikel 1 (anti-discriminatiegebod) niet zo nauw nemen. De vraag speelt of mensen nog recht hebben op behoud van hun culturele identiteit. Mijn partij, de VVD, zegt van niet. Er wordt gezegd dat er onder de vlag van de islam geweld wordt gebruikt. Maar dan moeten we niet de godsdienst aanpakken, maar dat geweld. Ik ben lid van een commissie voor participatie van allochtone vrouwen. Ik ben dertig gemeenten langs geweest en van iedere wethouder, welzijnswerker en burgemeester hoor ik hetzelfde verhaal. Wat zij met moeite stap voor stap wisten te bereiken, is in één klap vernietigd. Groepen sluiten zich af. De grove woorden van politici in Den Haag werken averechts en polariserend. Ze leiden niet tot integratie, maar tot segregatie. Ik voorspel dat er over tien jaar overal aparte ghetto’s gevormd zijn. De sociale spanningen nemen dan alleen maar toe en daarmee het geweld. Nu gaat het om geweld tegen personen, straks om terroristische aanslagen op groepen.”
‘Dieptrieste aangelegenheid’ Hoewel afgeserveerd als lijstrekker is Dijkstal van mening dat hij “precies weet hoe hij de kiezers op zijn hand kan krijgen”. Hij doelt op de strategie van het populisme, die hij niet alleen Wilders, maar ook bijna heel politiek Den Haag verwijt. “Ze spelen op een oppervlakkige manier in op de sentimenten in de samenleving. Van Aartsen, Verhagen en Bos hangen teveel naar het electoraat. Ze hebben niet het lef om de kern van de zaak te benoemen. Het is een dieptrieste aangelegenheid.” Dijkstal meent dat populisten een nuttige functie vervullen als “pels in de vacht van de democratie”, tot het moment dat ze deel gaan uitmaken van het openbaar bestuur. “Dat moet je verhinderen, de LPF was bij lange na niet klaar voor zo’n zware verantwoordelijkheid.”
‘We worden infantiel en dom gemaakt’ Dijkstal schijnt precies te weten waar al dat populisme vandaan komt. “Dat heeft alles te maken met de snelle ontwikkelingen in beeldcommunicatie die ons beïnvloedt”, analyseert hij. “Overal zijn bombardementen van beelden. Die massaliteit waarin de TV de hele dag uitzendt, verandert de maatschappij. Dagbladen doen daar aan mee. Op de voorpagina staat altijd één grote foto die één emotie toeschreeuwt. De ruimte voor de tekst er omheen neemt almaar af. We worden infantiel en dom gemaakt. Complexe zaken worden met simpele taartdiagrammen gecommuniceerd. Journalisten wagen zich niet meer aan ingewikkelde thema’s en brengen alles terug tot begrijpbare proporties. Via internet kan alles geconsumeerd worden. Het verontrustende is dat we niet weten wat deze ontwikkelingen in beeldcommunicatie met ons doen. Daar weten we de ballen van af. Incidenten leiden nu tot grote debatten. Vroeger hadden we drie spoeddebatten per jaar, nu zijn het er drie per week. Dikke rapporten worden nauwelijks meer behandeld in de Kamer.”
‘Politiek luistert teveel naar de burger’ Volgens Dijkstal is het een misvatting dat politici meer naar de burgers moeten luisteren. “De politiek luistert juist te veel naar de burger. Ze wekt daarmee de suggestie dat de burger werkelijk invloed heeft. Dijkstal is van mening dat het de kwaliteit van het openbaar bestuur geen goed doet als politici voor elk besluit de burgers moeten raadplegen. “Het gaat om het vertrouwen dat de burger geeft aan politici. Politici kunnen dan de complexe problemen behandelen en beleid voor de lange termijn uitstippelen.”
|