Vorige week bracht Paul van Buitenen (47) zijn tweede boek uit: In de loopgraven van Brussel. In 1999 waren de onthullingen van de “klokkenluider” over fraude en vriendjespolitiek aanleiding voor de val van de Europese Commissie en hervormingen door de opvolgende Commissie-Prodi/Kinnock. Vijf jaar later concludeert Van Buitenen echter dat onregelmatigheden binnen EU-instellingen nog altijd aan de orde van de dag zijn. Zijn antwoord? Niet een ander kleurtje kozijnen voor het Europese huis, ook geen nieuwe vloerbedekking of een aanbouw, maar compleet nieuwe fundamenten. “Met nieuwe fundamenten, scheiding der machten, democratische controleerbaarheid en transparantie willen wij Europa teruggeven aan de burgers.”*
Op de eerste werkdag na de uitbreiding van de Europese Unie met tien landen ontmoet ik Paul van Buitenen. Als lijsttrekker van Europa Transparant stelt hij zich verkiesbaar voor het Europees Parlement. “Die uitbreiding doet me helemaal niets. Toetreding van de nieuwe landen heeft voor mij geen historische betekenis.” De toon van het interview is gezet. “De Europese Unie had beter kunnen wachten met de grootste uitbreiding in haar geschiedenis tot de zaken intern helemaal op orde zijn. Maar goed, nu lossen we de problemen wel met z'n vijfentwintigen op. Het is overigens een mythe dat Oost-Europa corrupter zou zijn. Hier in het Westen hebben we evenveel problemen, we doen ons alleen beter voor.” Op de trivialere vraag waarom het kantoor van Europa Transparant in een uithoek van Rotterdam is gevestigd, in een bescheiden kantoorruimte met kale muren, antwoordt Van Buitenen: “Dat was een toevallige keuze. Wel zijn we een arme partij, afhankelijk van donaties. Op de bankafschriften op de website kunt u alles nagaan.” Hij laat niet na eraan toe te voegen dat sympathisanten voor één euro lid kunnen worden.
De schellen van de ogen
In de veertien jaar dat Van Buitenen bij de Europese Commissie heeft gewerkt, is hij naar eigen zeggen gematigder geworden. Als beginnend ambtenaar ging de Europese integratie hem nooit snel genoeg en Europa was nooit groot genoeg. Daar is hij van teruggekomen. Veel in het verleden genomen beslissingen zijn niet goed doordacht. De Europese Unie is nu een bestuurlijke en politieke spons geworden. Er moet nodig een pas op de plaats gemaakt worden. Met Europa Transparant wil hij een doorbraak bereiken op één punt: transparantie. De one-issue-partij, met leden uit alle delen van het politieke spectrum, moet alle “hobby's” opzij zetten. Wat voor zin hebben discussies over begrotingstekorten van 3% als die getallen op uiterst dubieuze wijze worden berekend? Europa Transparant heeft bijvoorbeeld geen mening over de toetreding van Turkije. Wel zal de partij alert zijn op de zuiverheid van de argumenten voor toetreding en de naleving van de gestelde criteria. Een heel andere, bewonderenswaardige aanpak, heeft SP-europarlementariër Erik Meijer. “Hij werkt zich te barsten, zoekt alles haarfijn uit en is op en top politicus. Toch is hij in staat de Commissie maar voor hoogstens 1% van koers te laten veranderen”, aldus van Buitenen. “Onze strategie is het aan de kaak stellen van misstanden, waardoor de schellen van de ogen zullen vallen, zowel bij de burgers als bij het politieke establishment.”
Geweten
De beeldspraak van Paul van Buitenen is niet toevallig. Jezus Christus is zijn persoonlijke voorbeeld. In zijn tijd verzette Jezus zich al tegen het establishment en regelzucht. We moeten dan ook oppassen om geen verkeerde overreactie te geven op corruptie en fraude. Zoals in Nederlandse ziekenhuizen alle handelingen nauwkeurig moeten worden vastgelegd, met grote administratieve lasten tot gevolg, dat moeten we niet hebben. Van Buitenen vindt zichzelf geen troublemaker, niet iemand die alles wat op zijn pad komt tot op de bodem uitprocedeert. Als zaken die hij aanhangig maakt niet worden opgepikt, kan hij ook gewoon zijn schouders ophalen. Dat is wel anders met sommige tipgevers die hem hebben benaderd met informatie over misstanden. Die draven maar door en vermengen persoonlijke problemen met de situatie in de Commissie. Van Buitenen vond het verschrikkelijk moeilijk het onderscheid te maken, maar heeft wel degelijk mensen de deur gewezen, meestal op gevoel. “Een klokkenluider is iemand die geweten boven carrière stelt.”
Verziekte cultuur?
In Nederland, Europa en Amerika heeft de pers de laatste jaren legio schandalen aan het licht gebracht. Is er geen sprake van een verziekte cultuur, waartegen lapmiddelen zoals fraude-meldpunten niet bestand zijn? “Nee”, antwoordt Van Buitenen resoluut. “Dat is een academische benadering. De Commissie-Prodi heeft kansen laten liggen. De overgrote meerderheid van beginnende Commissie-ambtenaren bestaat uit goede mensen met een uitstekende opleiding. Onder invloed van het slechte voorbeeld van de politieke en vooral de ambtelijke top verworden zij echter tot ja-knikkers.” Geen politieke groepering of landengroep is beter of slechter op het gebied van integriteit. “Cohn-Bendit (De Groenen) heeft de afgelopen vijf jaar dubieuze beslissingen genomen, alleen maar om zijn Commissaris in bescherming te nemen, terwijl Pöttering (fractievoorzitter van de behoudende Volkspartij) juist zeer integer heeft gehandeld.” Ook de vermeende kloof tussen de calvinistische noordelijke en de zuidelijke landen, die het niet zo nauw zouden nemen met de regels, berust op een mythe. Van Buitenen: “Er zitten gewoon fouten in de structuur van de EU. Neem het ontbreken van een Europees Openbaar Ministerie. Dat is een vacuüm dat moet worden opgevuld.” Paul van Buitenen gaat voort met zijn campagne. Hij heeft er zin in. Als hij desondanks zijn zetel in het Parlement misloopt, gaat hij terug naar de Commissie, waar hij een tuchtprocedure tegemoet kan zien. “Maar daar ga ik niet van uit.”
* Buitenen, P. van (2004) In de loopgraven van Brussel. Ten Have, Baarn: 243.
|