Home
Kennis en Economie
Recht en Veiligheid
Europa
Jihad vs McWorld
E-government
Nieuwe democratie
   archief januari 2006
archief december 2005
archief september 2005
archief juli 2005
archief mei 2005
archief april 2005
archief maart 2005
archief februari 2005
archief augustus 2004
Columns
Politici
Overzicht thema`s
Verkiezingen
Tools
Het Belgenrapport
Nieuwsbrief
Colofon
Poldi.Net




Monopoliepositie werd Fathers 4 Justice fataal
Steven de Jong Gepost:     maandag, 23 januari 2006, 14:00
Van:     < Steven de Jong >
URL:     < http://www.politiek-digitaal.nl/colofon/redactie >

Eén van de meest succesvolle agendasetters van de afgelopen tijd is ongetwijfeld Fathers 4 Justice (F4J), een actiegroep van gescheiden vaders die strijdt voor eerlijke omgangsrechten met hun kinderen. Ze maakten 'vaderrechten' tot een begrip door als Batman, Robin of Spiderman overheidsgebouw na overheidsgebouw te beklimmen. De actiegroep werd een beweging op zich; een succes dat, naar nu blijkt, haar ondergang is geworden.

Naast ludieke acties, pleit F4J op serieuze toon in de media voor hervorming van het familierecht. Internet gebruiken ze om te netwerken en ter documentatie van hun publicaties. F4J verwierf internationale bekendheid, vestigde dependances in Amerika, Canada, Australië en Nederland en kon tot voor kort op een groeiend draagvlak onder de bevolking rekenen.

Hiërarchische organisatie
De actiegroep wordt geleid door onbetaalde vrijwilligers, staat als non-profit organisatie ingeschreven bij de Engelse Kamer van Koophandel en heeft haar naam als handelsnaam gedeponeerd. Wie zonder toestemming de naam F4J gebruikt om wat voor actie dan ook te doen, kan juridische stappen tegemoet zien. Ook lezen we op de internetsite dat F4J van de leden 'discipline' en 'loyaliteitsbesef' verwacht. Leden moeten zich aan de grondbeginselen van de actiegroep houden. F4J gaat er prat op een hiërarchische organisatie te zijn die wordt aangestuurd door teams van coördinators in binnen en buitenland.

Radicalisering
Tot zover het succes, tot zover het organogram, tot zover de statuten. Want Fathers 4 Justice is niet meer, althans: de Nederlandse tak van de organisatie kondigde 19 januari aan dat zij per direct haar activiteiten uitstelt en plannen voor directe actie in de kast zet. Het Engelse hoofdkwartier besloot eerder definitief te ontbinden.

In een officiële verklaring laat oprichter Matt O'Connor weten dat hij geen toekomst meer ziet in F4J, nu extremistische sympathisanten onder zijn vlag zelf acties beramen waar de coördinatoren geen grip op hebben. Hij spreekt over een groeiende groep 'militant extremists' die de naam van de actiegroep gekaapt (in zijn woorden: ‘hijacked’) hebben. De actiegroep raakte verstrikt in geruzie, sommige leden radicaliseerden. Er werden valse bombrieven naar gerechtsgebouwen gestuurd en advocaten kregen dreigmailtjes. O'Connor zag zich in het afgelopen jaar genoodzaakt dertig leden te royeren.

O'Connors definitieve besluit om de organisatie op te heffen viel nadat bekend werd dat agenten van de anti-terreureenheid van Scotland Yard een gesprek van F4J-symphatisanten hadden opgevangen in een kroeg. De gescheiden vaders zouden aan de borreltafel het idee hebben postgevat om Leo Blair, de 5-jarige zoon van de premier, te ontvoeren. Wilde plannen, die niet echt op publieke steun konden rekenen. Kidnapping van familieleden van politici is immers niets minder dan pure terreur.

Monopolie op ‘vaderrechtenbeweging’
De paradox van Fathers 4 Justice is dat het is uitgegroeid tot een brede beweging, terwijl ze pretendeerde een hiërarchische actiegroep te zijn met een bestuur en een statuut. De theorie achter de actiegroep kwam steeds verder af te staan van de praktijk. In het actiewezen is het strijden voor 'vaderrechten' ook redelijk nieuw. De introductie van het begrip 'vaderrechten' kan bijna volledig op het conto van F4J geschreven worden. In die zin is het ook niet zo vreemd dat er kleine cellen van activisten een gevestigde naam als F4J gebruiken om hun 'zaak' kracht bij te zetten.

Wat F4J de das om heeft gedaan, is dat zij pioniers zijn geweest; de vonk die heeft geleid tot een soort 'vaderrechtenbeweging' waar de actiegroep zelf het monopolie op kreeg. F4J is synoniem geworden aan 'vaderrechten', wat ertoe toe leidde dat de naam publiek bezit werd. Waar andere bewegingen - zoals de milieu- en dierenbeweging - zich kenmerken door een palet aan splintergroeperingen, daar verenigden en concentreerden de vaders zich onder de vlag van F4J. Het ledenaantal groeide explosief, zo ook het aantal sympathisanten. Hoewel sommige leden radicaliseerden, splitsten zij zich niet af als splintergroepering met een andere naam: F4J stond gelijk aan de beweging, en andersom. Zo kon het dus gebeuren dat namens F4J valse bombrieven werden verstuurd, advocaten werden bedreigd en er een ophanden zijnde ontvoering gerelateerd werd aan de actiegroep.

Noodzakelijke heterogeniteit
Het besluit van O'Connor is daarom begrijpelijk, want wie wil zich nou identificeren met criminele acties? Het is te hopen dat de verweesde vaders die voorheen tot F4J behoorden, zich zelf gaan organiseren in talloze splinterorganisaties: in zowel gematigde als radicale groepjes. Pas dan kan er echt sprake zijn van een gezonde, heterogene beweging en kunnen organisaties afzonderlijk op hun verantwoordelijkheden aangesproken worden. F4J is ten onder gegaan aan haar eigen succes en een gebrek aan collega-actiegroepen. Dat ligt niet aan de F4J, maar aan de nieuwigheid van het actiepunt. Over een aantal jaar zullen er hoogstwaarschijnlijk tientallen vaderrechtengroepen zijn, en kan F4J zich weer met gerust hard op het strijdtoneel begeven: als actiegroep die onderdeel is van een beweging. Een beweging waar ze zelf de fundamenten voor heeft gelegd.